Grand Tour 2021

Pioniers op eigen bodem

Dag 16 ~ De Zwanenzang der Tourders (Zaterdag 17 juli) Cas

Ik werd wakker met een ietwat weemoedig gevoel. Het was de laatste volledige dag van de reis, en daarmee werd de dag enigszins overschaduwd door de bonte avond en het onvermijdelijke afscheid. Maar voordat het zover was hadden we nog een hele dag te gaan, en dus was het snel ontbijten en op naar de hoofdstad van Zeeland: Middelburg!

 Eerst naar de meest instagrammable plek van de stad: de Kuiperspoort, een 17e-eeuwse poort omringd door pakhuizen, die er in de zon (een hele verbetering ten opzichte van Limburg) prachtig uitzag. Nadat al onze feeds weer spic en span waren luisterden we naar Lotte, die ons vertelde over haar promotieonderzoek naar het ontstaan van vroegmiddeleeuwse protestantse vluchtelingengemeenschappen. We hingen zo erg aan haar lippen dat we niet eens doorhadden dat we de poort blokkeerden voor alle andere toeristen, en haastig verplaatsten we ons naar een niet veel minder mooi steegje om de hoek, waar ze haar verhaal kon vervolgen. We leerden alles over het ontstaan van het concept vluchteling en hoe vluchtelingen zichzelf zagen, en Middelburg kreeg natuurlijk ook nog even speciaal de aandacht.

De zon boven ons hoofd werd intussen steeds feller, en nadat we helemaal bijgepraat waren over het vroegmoderne Europa liepen we, al insmerende, verder de stad in. Job, die vanuit zijn stage Middelburg als zijn broekzak kent, was zo vrij om ons rond te leiden door deze verrassende stad. Hij liet ons de verborgen hoogtepunten van Middelburg zien en vertelde over de verwarrende geschiedenis van de verwoestingen tijdens de Tweede Wereldoorlog, hoe het zou kunnen dat mensen uit Amerika op een vlot Europa hebben ontdekt, en waarom alles hier naar Roosevelt heet, terwijl die claim to fame toch wat discutabel is. We eindigden op de Markt, waar we overvallen werden door déjà vu: het gebouw aan de markt komt ons wel héél bekend voor. Wat blijkt: het meisje op de voorkant van de reader, die we inmiddels al 2½ week elke dag bij ons droegen (en in mijn geval ietwat verzopen was geraakt in Limburg), staat voor het stadhuis van Middelburg! Een mooiere plek om het laatste inhoudelijke praatje van de commissie te eindigen kun je niet dromen. Intussen was het haasten geblazen, want we hadden weinig tijd voordat we verder moesten met het programma. Terwijl Estelle een poging deed de paarden van de koets te aaien, renden de gebakliefhebbers, met Lars natuurlijk voorop, snel de dichtstbijzijnde bakkerij in om zich tegoed te doen aan echte Zeeuwse bolussen. Nét op tijd was iedereen met gevulde maag terug om het centrum weer te verlaten.

We zochten een mooi schaduwrijk plekje uit bij de brug in de haven, en gingen, sommigen met een bakje kibbeling, er goed voor zitten, want het studiegedeelte van de studiereis zat er nog lang niet op! Eerst was het aan Kiki de eer om in haar eentje de laatste presentatie te houden, nadat Xayide ons helaas eerder die week moest verlaten. We waanden ons terug in de jaren ’50, toen de watersnoodramp verwoestingen aanrichtte op een schaal die we zelfs in Limburg (gelukkig) niet gezien hadden, en we kwamen alles te weten over de herinneringscultuur van deze invloedrijke gebeurtenis in onze geschiedenis. We lieten onze hersens nog eens goed kraken, niet alleen in de discussie na de presentatie van Kiki, maar ook in onze allerlaatste groepsdiscussie. Nog één laatste keer reflecteerden we inhoudelijk op alles wat we gezien hadden, van de regionale trots tot onze omgang met problematische gebeurtenissen. En daarmee was het vakinhoudelijke deel van de reis over. Tijd voor ontspanning!

 

 

Als je in Vlissingen bent, is er eigenlijk maar één plek waar je wilt zijn, al helemaal op zo’n zonnige dag als deze, en dat is natuurlijk het prachtige strand, met uitzicht op de containerschepen van de Westerschelde. Niet iedereen kon er helaas direct bij zijn, en om de tijd te overbruggen besloten Leo en ik onze historische kennis praktisch toe te passen in het bouwen van een historisch accuraat vijfhoekig sterfort uit zand. Het werd een meesterwerk waar Bourtange jaloers van zou worden. Helaas bleken de muren niet bestand tegen de overweldigende kracht van de opkomende vloed, en een klein uur later sneuvelde de laatste wand van het fort. Een metafoor voor de geschiedenis?

Terwijl Bourtange-aan-Zee verdrinkt beginnen de handen te jeuken om de diepblauwe zee zelf in te duiken, en even later renden we met een grote groep het water in. Sommigen renden er ook net zo snel weer uit, want het viel toch tegen hoe warm het water is. Zelf vond ik het nog wel meevallen, en het was natuurlijk een peulenschil voor Kiki, onze eigen Wim Hof, maar na een paar minuten hield ik het ook wel voor gezien. De bonte avond zou vroeg beginnen, dus het werd nog snel de stad in rennen om een bodem te leggen. Helaas voor mij als veganist betekent fastfood in een stad als Vlissingen al snel vis, en mijn laatste maaltijd van de reis bestond daardoor uit de erg fancy maaltijd van een grote friet met ketchup…

Gelukkig haalde iedereen op tijd de bonte avond, die plaatsvond in een lekker gezellig Vlissingens feestcafé. In tegenstelling tot wat de eigenaar beloofd had, hadden we geen privéfeestje in de kelder, waar de eigenaar, laten we zeggen… bepaalde etnische groepen stopt, maar gewoon in het café zelf. Maakt niet uit, het shotjesrad was in ieder geval binnen handbereik. De avond werd geopend door Kiki, Martijn, Stein, Susan en Thamar, die Tijmen en Thijmen tegen elkaar lieten strijden in een variant op het eerder tijdens de reis liefdevol door Julia georganiseerde Ik Hou van Holland-spel. Anouk en Jacqueline lieten ons zweten met een reeks verdraaid lastige vragen over de reader, die we inmiddels toch wel uit ons hoofd hadden moeten kennen, zou je zeggen. Na een korte onderbreking om de nietsvermoedende gemeenteambtenaren voorbij te laten gaan was het de beurt aan Anouk, Estelle, Jacqueline, Lars, Leo en mij, om Job en Julia te verwennen met een spel Grand Tour-weerwolven waarbij Julia níét als eerste doodgaat: het door Anton Pieck gekoppelde stel Job en Julia, in het spel respectievelijk Eise Eisenga en bokkenrijder, overleefde het spel samen! Hierna zong ik mijn snel onder de douche gecomponeerde ode aan de koempel, op melodie van, hoe kan het ook anders, Leve het Nijlpaard van Klein Orkest. De commissie testte Bram en Lotte tot het uiterste met een lastige quiz over wie het meeste wist over de groep (Lotte), en wie het best een minuut kon vol lullen (Bram). Als laatste hadden we nog Bram en Lotte zelf, die een prachtige ode gaven aan ons als groep, en de commissie natuurlijk. Ze lieten zien dat wij, als arrogante Amsterdammers, nodig zijn om het land draaiende te houden, en zo is het natuurlijk maar net.

Door de inmiddels wat aangescherpte coronaregels stonden we al om 12 buiten, maar dat betekende natuurlijk niet dat het feest direct over was. Het strand lag er nog prachtig bij en een nachtwandeling, vergezeld door een afgekochte fles rocketshot, maakte een mooi eind aan de avond. Nou ja, voor sommigen dan. Bij het hostel realiseerden Kiki, Leo en ik ons dat we eigenlijk nog lang niet moe waren, en dus volgde er nóg een nachtwandeling, terug naar het strand, in mijn geval op kapotte slippers die daar echt geen zin meer in hadden. We praatten door tot in de late uurtjes, en terwijl mijn kater al bijna inzette plofte ik na een laatste volle dag voldaan in bed.